Door de statistische analyse van lijnfouten zijn de fouten die worden veroorzaakt door factoren zoals constructie, installatie en aansluiting vaak veel waarschijnlijker dan de fouten die worden veroorzaakt door de defecten van de draad en kabel zelf. Onderstaand, Glasvezelkabelfabriek introduceert de voorzorgsmaatregelen voor het leggen van kabels:
1. Het leggen en installeren van kabels moet worden uitgevoerd door gekwalificeerde professionele eenheden of professionals. Constructie en installatie die niet voldoen aan de vereisten van relevante specificaties, kunnen ertoe leiden dat het kabelsysteem niet normaal werkt.
2. Bij het handmatig leggen van kabels moet het commando- en controleritme worden verenigd. Om de 1,5 tot 3 meter moet één persoon de kabels op zijn schouders dragen, eraan trekken terwijl hij ze neerlegt en langzaam loslaten.
3. Bij het machinaal leggen van kabels wordt doorgaans een speciale kabellegmachine gebruikt en worden de benodigde trekgereedschappen gebruikt. De trekkracht is passend en de besturing is gelijkmatig, om de kabels niet te beschadigen.
4. Controleer voor het leggen van de kabel het uiterlijk van de kabel en of de kop intact is. Let bij het leggen van de kabel op de draairichting van de kabelhaspel. Maak de buitenmantel van de kabel niet plat en maak er geen krassen op. Isolatie, scheuren in de mantel.
5. Bij het leggen moet de buigradius van de kabel groter zijn dan de opgegeven waarde. Gebruik voor en na de installatie van de kabel een megger van 1000 V om te meten of de isolatieweerstand tussen de geleiders van de kabel normaal is, en breng passende correcties aan op de meetresultaten volgens het kabelmodel, de lengte en de omgevingstemperatuur. Klein formaat (massieve kern onder 10 mm2) Geleider) De kabel moet ook meten of de geleider aan of uit is.